Samenvatting wijzigingen tandartstarieven 2020

Deze pagina is een toelichting op de tarievenpagina.

Wijzigingen regelgeving tandheelkundige zorg (NZa)

Y02 (Onderlinge dienstverlening)

De prestatie ‘onderlinge dienstverlening’ is toegevoegd. Een zorgaanbieder kan tarieven en prestaties in rekening brengen die door de NZa zijn vastgesteld. Dit betekent tegelijkertijd dat het niet is toegestaan om als zorgaanbieder een tarief in rekening te brengen voor een prestatie waarvoor geen of een andere prestatiebeschrijving wordt gehanteerd dan door de NZa is vastgesteld. Indien een zorgaanbieder een deel van de prestatie levert, en hiervoor geen aparte prestatie is vastgesteld, kan de zorgaanbieder deze zorg met ingang van 2020 in rekening brengen middels de prestatie ‘onderlinge dienstverlening’.

De prestatie onderlinge dienstverlening wordt door de uitvoerende zorgverlener in rekening gebracht aan de opdrachtgevende zorgaanbieder die vervolgens de gehele prestatie bij de patiënt in rekening brengt. Voor de prestatie onderlinge dienstverlening kan maximaal het tarief in rekening worden gebracht dat geldt voor de gehele prestatie, die bij de patiënt in rekening wordt gebracht.

Y01 (Informatieverstrekking)

De prestatie ‘informatieverstrekking’ is opgenomen in de regelgeving. De NZa kreeg de afgelopen jaren vragen van zorgaanbieders hoe om te gaan met informatieverzoeken in het kader van de individuele gezondheidszorg door derden (al dan niet via de patiënt) die niet volgen uit zorg- of dienstverlening in het kader van bijvoorbeeld de Zvw, Wlz,  Wmo of Jeugdwet. Formeel bestaat hiervoor nog geen declaratietitel. Informatieverstrekking die niet noodzakelijk en onvermijdelijk is voor de levering van de individuele zorgprestatie is namelijk niet verdisconteerd in de tarieven. Dit geldt bijvoorbeeld voor informatieverstrekking die ziet op een individuele patiënt op verzoek van een letselschade advocaat. Aangezien een mondzorgaanbieder BIG-geregistreerd is, mag deze alleen prestaties in rekening brengen voor handelingen of werkzaamheden in het kader van zijn beroepsuitoefening indien hiervoor een prestatie door de NZa is vastgesteld. De introductie van de prestatie informatieverstrekking geeft de zorgaanbieder hiervoor nu een declaratietitel.

G-hoofdstuk (Kaakgewrichtsbehandelingen)

In samenwerking met de Nederlandse Vereniging voor Gnathologische en Prothetische Tandheelkunde is het G-hoofdstuk aangepast naar de laatste stand van wetenschap en techniek en in lijn gebracht met de systematiek van de andere hoofdstukken.

Harmoniseren teksten materiaal- en techniekkosten

De teksten en definities in de regelgeving omtrent materiaal- en techniekkosten zijn geharmoniseerd.

Verplichte vermelding van de kaak

Bij verschillende prestaties (P45, J70 tot en met J78, J40 tot en met J43, J53 tot en met J59) is in de omschrijving toegevoegd dat deze prestaties per kaak gelden. Op deze manier is duidelijk te onderscheiden op welke kaak de behandeling betrekking heeft.

E63 (Toeslag voor afsluiting met Mineral Trioxide Aggregate (MTA) of een vergelijkbaar biokeramisch materiaal)

Het woord ‘toeslag’ in de omschrijving van prestatie E63 roept onduidelijkheid op. In de prestatieomschrijving wordt daarom verduidelijkt bij welke prestaties E63 een toeslag is. Prestatie E63 is een toeslag bij de prestaties E13, E14, E16 en E17 (Wortelkanaalbehandeling per element met 1, 2, 3 en 4 of meer kanalen)

J32 (Verwijderen gefractureerd abutment/occlusale schroef)

In de prestatieomschrijving van J32 is verduidelijkt dat deze niet in rekening kan worden gebracht binnen twee maanden na plaatsing van het abutment. Hiermee wordt verduidelijkt dat de termijn betrekking heeft op plaatsing van het abutment en niet van het implantaat. 

J34 (Bepaling stabiliteit implantaat middels ISQ-meting)

Prestatie J34 kan alleen in rekening worden gebracht bij J20 en J27 en is nu dus niet mogelijk bij een twee fase behandeling (J23), terwijl het meten van de stabiliteit dan juist ook belangrijk kan zijn. Om die reden wordt prestatie J23 toegevoegd als mogelijke combinatie bij J34. Prestatie J34 mag één keer per implantaatbehandeling in rekening worden gebracht. Dit betekent dat deze prestatie één keer per zitting waarin een implantaat wordt geplaatst in rekening mag worden gebracht.

J27 (Vervangen eerste implantaat) en J37 (Vervangen volgend implantaat)

In de regelgeving staat dat het vervangen van een implantaat niet in rekening mag worden gebracht binnen twee maanden na plaatsing van het implantaat. Aangezien alleen het inhelen van een implantaat al bijna twee maanden duurt, is deze voorwaarde zinloos. In overleg met partijen blijkt dat zes maanden een meer reële termijn is.

In de omschrijving van J27 en J37 staat dat het gaat om het vervangen van een implantaat op dezelfde locatie. Omdat het herimplanteren vaak niet op exact dezelfde locatie gebeurt, is de omschrijving van deze prestaties aangepast. In plaats van dat het gaat om het vervangen van een implantaat op dezelfde locatie staat per 2020 in de omschrijving van J27 en J37 dat het gaat om vervanging van een verloren gegaan implantaat.

J79 (Verwijderen én vervangen steg)

Prestatie J79 wordt verwijderd. Partijen geven aan dat er in de huidige regelgeving twee prestaties zijn die het verwijderen van de steg inhouden. Voor een rebasing moet de steg namelijk worden verwijderd en bij het vervangen van de steg wordt deze handeling nogmaals in de regelgeving benoemd. Partijen geven aan dat als de steg wordt vervangen, er ook een nieuwe prothese wordt gemaakt. Prestatie J79 is daarom overbodig. 

Verduidelijking J-codes

We verduidelijken in de regelgeving dat prestatie J41 tot en met J45 zijn bedoeld voor de retentiestructuur van een nieuw klikgebit of een omgevormde conventionele prothese. Prestaties J70 tot en met J78 zijn bedoeld voor reparaties aan een bestaand klikgebit.

J40 (Twee magneten/drukknoppen) en J41 (Elke volgende magneet, drukknop)

Prestatie J40 omvat het plaatsen van twee magneten/drukknoppen. Het komt echter ook voor dat er maar één drukknop wordt geplaatst. Om deze reden wijzigen we prestatie J40 in J45 ‘Plaatsen eerste drukknop’. Prestatie J41 is vervolgens bedoeld voor het plaatsen van elke volgende drukknop.

Verwijdering term ‘magneten’

Een prothese wordt tegenwoordig niet meer op magneten gemaakt, daarom is deze term uit de regelgeving verwijderd.

J33 (Kosten implantaat)

In de prestatieomschrijving van J33 is verduidelijkt dat deze prestatie zowel kosten van het implantaat als de kosten voor het afdekschroefje (cover screw) of de tandvleesvormer (healing abutment) omvat.

Naar aanleiding van deze wijziging is in prestatie J23 en J29 (Plaatsen eerste en volgende Healing

Abutment) de term healing abutment gewijzigd in tandvleesvormer. Hierdoor is duidelijker welk abutment bij deze prestatie van toepassing is.

R31 (Opbouw plastisch materiaal)

Wij ontvangen regelmatig vragen of vullingen in combinatie met een kroon in rekening gebracht mogen worden. Er mogen geen vullingen ten behoeve van de kroon worden geplaatst, hier is namelijk prestatie R31 voor bedoeld. Dit is verduidelijkt in de regelgeving.

R72 (Vernieuwen schildje van plastisch materiaal)

Prestatie R72 wordt verwijderd. Deze techniek wordt namelijk niet meer gebruikt, omdat het kroon- en brugwerk in de mond wordt gerepareerd met plastisch materiaal (composiet).

R73 (Aanbrengen extra retentie of pinnen in schildje) en R14 (Toeslag voor extra retentie bij het plaatsen van indirecte restauraties)

Met prestaties R73 en R14 wordt dezelfde zorg geleverd. Prestatie R73 wordt daarom verwijderd. De omschrijving van R14 blijft hetzelfde met toevoeging van twee codes: R78 en R79, die volgen uit de omschrijving van prestatie R73.

R74 (Opnieuw vastzetten niet plastische restauraties)

Prestatie R74 kan per kroon of pijlerelement in rekening worden gebracht. Dit is verduidelijkt in de prestatieomschrijving.

Toevoegen prestatie voor tijdelijke kroon op een immediaat geplaatst implantaat

Prestatie J87 wordt toegevoegd voor het plaatsen van een tijdelijke kroon op een immediaat geplaatst implantaat in de esthetische zone (element 14 tot en met 24). Deze prestatie omvat zowel het plaatsen van de noodkroon als de bijbehorende nazorg.

R24 (Kroon)

Prestatie R24 wordt gesplitst in een prestatie voor het plaatsen van een kroon op een natuurlijk element (R24) en een prestatie voor het plaatsen van een kroon op een implantaat (R25). Dit betreffen namelijk andere handelingen. Op deze manier sluiten de prestaties beter aan op de zorg die wordt geleverd.

R45 (Tweede en volgende brugdeel in hetzelfde tussendeel), R65 (Toeslag voor elk volgende brugdeel in hetzelfde tussendeel) en R66 (Toeslag bij voor elke volgende bevestiging boven het aantal van twee)

Het is onduidelijk bij welke prestaties de R45, R65 en R66 een toeslag zijn. Prestatie R45 heeft betrekking op een conventionele brug en prestatie R65 en R66 hebben betrekking op een plakbrug. Dit is in zowel de titel als in de omschrijving van deze prestaties aangepast. 

R46 (Brugverankering, per anker)

Prestatie R46 wordt verwijderd. De materialen om deze verrichting uit te voeren zijn namelijk niet meer verkrijgbaar. De declaratiedata bevestigt dit beeld.

R80 (Temporaire, eerste voorziening) en R85 (Temporaire, volgende voorziening)

De tekst ‘temporaire voorziening’ kan onduidelijk zijn voor de patiënt. Daarom is de titel van prestatie R80 en R85 gewijzigd in ‘Tijdelijk kroon- en brugwerk, eerste en volgende tand of kies’.

Algemene bepalingen bij het T-hoofdstuk (Tandvleesbehandelingen),  T21 (Grondig reinigen wortel, complex) en T22 (Grondig reinigen wortel, standaard)

De omschrijving van prestatie A10 was niet in lijn met de algemene bepalingen van het T-hoofdstuk. Daarom is de algemene bepaling verwijderd. Om verwarring te voorkomen, is in de prestatieomschrijving van T21 en T22 verduidelijkt dat deze prestaties de reiniging van het element omvatten, maar exclusief verdoving zijn.

Toevoegen prestatie voor behandeling van peri-implantitis

Er zijn geen prestaties voor het behandelen van een ernstige ontsteking van de weefsels rond een implantaat (peri-implantitis). Daarom wordt prestatie J35 ‘grondig submucosaal reinigen implantaat’ toegevoegd. Voor de chirurgische behandeling van peri-implantitis wordt prestatie T84 opgesteld.

Toevoegen prestatie voor het uitvoeren van een autotransplantaat

Prestatie J39 wordt toegevoegd voor het uitvoeren van een autotransplantaat. Bij een autotransplantaat wordt een natuurlijk element verplaatst om op die locatie te voorkomen dat geïmplanteerd moet worden.

U20 (Second opinion verricht door Stichting TIP)

Prestatie U20 wordt verwijderd. Stichting TIP voert de second opinions namelijk niet meer uit.

U25 (Tijdtarief tandheelkundige hulp aan patiënten die behandeld worden in Wlz-instelling) en U35 (Tijdtarief tandheelkundige hulp aan patiënten die verblijven in de Wlz-instelling en behandeld worden in de eigen praktijk van de zorgaanbieder)

Wij krijgen regelmatig vragen over het in rekening brengen van prestaties U25 en U35. In de prestatieomschrijving wordt daarom verduidelijkt welke prestaties naast de U25 en U35 mogen worden gedeclareerd. Dit geldt alleen voor behandelingen die in het kader van de tandheelkundige zorg als omschreven bij of krachtens de Wlz worden uitgevoerd.

Toevoegen prestaties voor toepassing van ICON eerste en volgend element

Prestatie M20 en M21 worden toegevoegd voor de behandeling van witte vlekken in het eerste en volgende element. Micro invasieve infiltratie is een techniek waarbij witte vlekjes of kleine beschadigingen in het tandglazuur kunnen worden behandeld. Behandeling met ICON is hier een voorbeeld van.

C28 (Uitgebreid onderzoek t.b.v. opstellen en vastleggen behandelplan)

In de omschrijving van prestatie C28 is duidelijker aangegeven waarvoor deze prestatie bedoeld is. Wij ontvingen namelijk signalen dat deze prestatie ook wordt ingezet voor het indiceren van één kroon of vulling. Hiervoor is prestatie C28 niet bedoeld.

E86 (Gebruik operatiemicroscoop bij wortelkanaalbehandeling)

We verduidelijken in de regelgeving wanneer de operatiemicroscoop bij een wortelkanaalbehandeling kan worden ingezet en gedeclareerd. Prestatie E86 kan één keer per wortelkanaalbehandeling in rekening worden gebracht.

Wijziging termijn nazorg in het P- (Kunstgebitten) en J-hoofdstuk (Implantaten)

Diverse prestaties in het P- en J-hoofdstuk zijn inclusief twee maanden nazorg. Uit overleg met partijen blijkt dat het reëler is om deze termijn te verlengen. Voor prothetische behandelingen wordt de nazorg termijn verlengd naar vier maanden. Voor implantaten wordt deze termijn verlengd naar zes maanden.

R28 (Endokroon)

De manier waarop deze prestatie oorspronkelijk is bedoeld sluit niet meer aan bij de huidige werkwijze. Uit de data blijkt dan ook dat deze prestatie nog zelden wordt gedeclareerd. Om bovenstaande reden is de prestatie verwijderd.

Wijzigingen regelgeving tandtechniek in eigen beheer

Wij ontvangen met enige regelmaat vragen over het onderscheid tussen tandheelkundige zorg en tandtechnische werkzaamheden. In de Beleidsregel tandtechniek in eigen beheer is de definitie van tandtechniek in eigen beheer en de toelichting op deze definitie daarom verduidelijkt.

Wijzigingen Regeling mondzorg

Materiaal- en/of techniekkosten

In de monitor mondzorg hebben wij geconstateerd dat de materiaal- en/of techniekkosten niet goed geregistreerd staan in de Vektis dataset. Bij huidige declaraties is het daarom niet inzichtelijk of het gaat om inkoop of tandtechniek in eigen beheer. In de regeling is daarom een declaratievoorschrift omtrent het in rekening brengen van materiaal- en/of techniekkosten toegevoegd. Dit voorschrift stelt het verplicht om in de declaratie onderscheid te maken in zelfvervaardigde en ingekochte materiaal- en/of techniekkosten. Indien voor de materiaal- en/of techniekkosten horend bij één prestatie tandheelkundige zorg zowel sprake is van zelfvervaardigde als ingekochte materiaal- en/of techniekkosten, dan dienen deze kosten te worden ingevuld in het veld waarin de meeste kosten zijn gemaakt.